Het is vrijdag dus de school is dicht vanmiddag vanwege het vrijdaggebed. Ik neem de kans om even naar mijn favoriete kleermaker te rijden, Ibrahim. Hij herkent me meteen en vraagt hoe het met mij gaat en met mister Bojang. Mijn gambian naam is Haddy Bojang, dus Ronald heet dan natuurlijk mister Bojang.
Het voelt fijn om zo vertrouwd te zijn met mensen hier.
Ibrahim, een oude man, heeft staar aan een oog en zou geopereerd worden. Als ik vraag hoe dat gegaan is vertelt hij dat het niet door is gegaan. Hij moet wachten op een groep reizende artsen uit Europa want het is te ingewikkeld, of te duur?
Ik vraag hem hoe de zomermaanden geweest zijn. Ik weet dat er van mei tot oktober geen toeristen komen dus dat betekent ook weinig tot geen klanten.
En Ibrahim zegt:
“Weet je Haddy, Life in the Gambia is like riding on the back of a lion. You have to stay on, because when you fall down you get eaten”.
Je moet je daarbij voorstellen dat deze kleermaker werkt aan een piepklein gammel tafeltje, zittend op een voormalig witte plastic tuinstoel. Hij heeft me gevraagd om even lekker bij hem te komen zitten, op de andere tuinstoel. De drie muren en het dak worden gevormd door roestige golfplaten met gaten.
Terug wandelend valt het me op dat alle toeristen stalletjes leeg en vervallen zijn. Resultaat van een gebrek aan toeristen. Toeristen die met de helft verminderd zijn door het faillissement van Thomas Cook. Als ik denk aan Thomas Cook zie ik de beelden voor me, van boze Europeanen die dagen extra moesten wachten op een terugvlucht. Of toeristen die hotelkosten extra moesten betalen, wat achteraf door een verzekering zou worden vergoed.
Das toch ander leed, dan je business niet kunnen opstarten, omdat je weet dat er geen klanten komen en je dan dus de belasting en huur niet kunt betalen.
Ik hoop dat die leeuw van Ibrahim een hele brede rug heeft en een beetje rustig wandelt.
3 gedachten over “Ibrahim”
Wat verwoord je het allemaal mooi! Ik hoop dat je weer beter bent ondertussen. Groetjes
Ja die verwaande verwendheid van (ons) rijke westerse toeristen… beschamend.
Goed verhaal Tina.
Is goed om Afrikaanse wijsheid op te doen; is heel relativerend. Wij, westerlingen.\, maken ons te veel te druk om dingen die er niet toe doen!